L'aventure erasme à Poitiers...
While I breath, I geniet…
Twee derde, zover staat Robbert al in zijn Erasmus avontuur. Tijd om eens een balans op te maken rond zijn tweede Erasmus. Een toevallige charismatische ontmoeting afgelopen week, hielp hem hierbij. Al zal gauw blijken dat hij vooral zichzelf tegen kwam op dat bankje daar…
While I breath, I geniet…
Van de honger verscheur ik mijn vers gekochte baguette. Plof mijn tanden in het malse lichtwarme brood, zoals ik me zonet voor die eerste zin, op een natte bank in het parkje plofte.
Zo doe ik dat al enkele dagen. De ideale verademing na een chaotisch vier uren durend college. Brood en water op de plank. En rust.
Het is herfst, mijn hersenen verkleuren met de bomen. Poitiers verandert. Ik ook.
Al is haar verandering erg subtiel, zoals het onzichtbare gemak waarmee de afgestorven blaadjes neerdwarrelen, ze is er. Ook vandaag lijkt alles onveranderlijk, zoals voorheen. Tot de figuur naast mij me aanspreekt. Ik had de goed verpakte man nog niet opgemerkt. De donkergrijze lucht camoufleert zijn zwarte huid. Het vroegtijdig gelande kerstcadeautje meent mij te herkennen. In een goed, doch niet perfect Frans, beweert hij me in Montpellier te hebben gekend, ruim twee jaar geleden. Verrassingen zitten soms op een klein bankje, vandaag is het verpakt in een soort Man Bijt Hond koffertje. Je kent dat wel: ondoordringende vragen, uren lang. Enkel de resumé wordt publiek gemaakt. Het werd een gesprek over Poitiers, maar evenzeer over Montpellier.
Aan het koffertje was het om een eerste statement te maken. En verpakt als hij was, formuleerde hij het zo: in Montpellier worden de examenresultaten door de Kerstman gebracht, in Poitiers niet. Ik moest hem wel volmondig gelijk geven. Mijn tijd steek ik hier veel meer in de boeken, notities, groepswerken en presentaties, dan dat het in die grote stad het geval was. Daar stak ik de tijd in mijn handpalm, en dreef ze me van feestje tot feestje, van kotbabbel tot terrasje, van stad tot dorp… In een energierijke stad op de kruising van fantastisch en geniaal, in de zuiderse laissez-faire, waar onder het openbloesjesweer meer geheimen dan inwoners leven, kan je niet anders. Hier wel.
Voor ons wordt de mist aangezwengeld door de rond rijdende verroeste karkassen. Vaak van authentieke Franse makelij. Een rood licht in de verte is bij dit dichte weer een vage rode plek, dat danst met een springend oranje vlekje. Het licht blijft opvallend lang haar rode kleur aanhouden. Een grote witte vlek voegt zich bij het gezelschap waarna de rode steevast besluit te het af te bollen. Een groene komt in de plaats. Waar zou het oranje lichtje naar toe gaan? Een zwarte vinger wijst plots naar het oranje flikkervlekje. “Dat ben jij”, zegt de kofferman. “Het witte licht, is je Erasmusgroep, het groene je Franse groep. Waar ga je naartoe?” Ik verschiet even van zijn vraag. Maar het is een betekenisvolle vraag. In Montpellier zou ik chronisch kiezen voor het ‘witte licht’. Hier niet. Hier spring ik ook vaker en vaker naar dat groene, niet steeds bereikbare. Een gerichte keuze om het Frans te verbeteren. Waar je in het witte in het wazige gewisse blijft hangen en je vaak naar het Engels overflikkert, geeft het groene je het zuiverste Frans…zoals ze dat enkel hier hebben. Helaas is het geen eenvoudige stap om je te smijten in dat niet altijd vindbare en toegankelijke. Dat het de moeite leent is alvast erg duidelijk. Ook de koffer schijnt geen ruimte te laten voor enige twijfel. Zijn ogen schijnen het antwoord op het witte doek van mist. ‘Ja, ik kan het’, staat het daar voor mijn neus geschreven. Zwart op wit. Als een Bob The Bilder, overtuigd van zijn kunnen: ‘Can we fix it? Yes we can!’.
Echter… President van de republiek ben ik niet. Ik beheers de wereld niet. De wereld beheerst mij. Ik stuur enkel een beetje, moet het grotendeels nemen zoals het komt. Het is mijn taak er het beste van te maken. Te genieten. Het niet te verknoeien.
Deze conclusie maak ik nu. Ik, samen met het aktetasje. Twee jaar geleden, zo liet hij me weten, stond ik inderdaad anders op de aardkluit. Toen lag de wereld in mijn hand, kon ik ze rollen van vingertop naar vingertop. The World was mine. Of toch, dat dacht ik. Ik was een beginnend loper met een marathonambitie… Ik maakte geen levensgrote fout door zo te redeneren. In tegendeel: ik genoot misschien op die manier intenser, vanuit die naïviteit. Nu beleef ik alles realistischer, op haar manier intenser, omdat ik wéét wat het is wat ik beleef. Heus, ik geniet. Ik geniet geweldig. Al is de manier waarop wel veranderd.
Ook al heb ik het gevoel dat ik hier voor altijd kan leven. Toch weet ik dat ik eerder te vergelijken ben met de kat van de buren. Het kleurrijke beest warmt dezer dagen haar natte poep op door het in de smalle schoorsteen te schuiven. Ze kan daar geen uren blijven steken, want dan begint ze te pruttelen en te borrelen. Ik moet hier ook ooit weg. En ik realiseer me dat dit weg zijn, ook echt weg zijn betekent. In Montpellier was ik er van overtuigd dat het afscheid een ‘tot later’ betekende. Voor enkelen is die ‘tot later’ uitgekomen. Voor de meesten greep het afscheid als een bende kwijlende blaffende honden die bijten als ruwe zeep in je gewassen wonden. De wereld kent zijn afstanden. De wereld kent zijn grenzen.
Dat het intussen licht is beginnen regenen, was ons nog niet opgevallen. De druppels hopen zich op in mijn schoenen. De warmte van het gesprek overtreft de kilte in het grauwe parkje. Het enige groene dat hier nog te zien is, is het bankje waar we op zitten en af en toe dat verre vlekje.
“Je spreekt over Montpellier alsof het een ex-lief is, waarvan je nog geen afscheid hebt kunnen nemen”, verwijt de figuur naast me. Ergens heeft hij gelijk. Al realiseer ik me dat het me in dit kortere avontuur zeker op weg helpt. Het leidt me naar wat ik best doe en wat ik beter vermijd. En vooral dat elk moment een te nemen kans is, waarvan ik volop moet genieten. De neger lacht heerlijk Afrikaans wanneer ik hem over ‘Lie vie Erasmus’ vertel (tekst hier onder). Maar hij geeft me wel gelijk. Wat dit Erasmus-leven is, daar hebben we alle twee het raden naar. Maar dat het nu leven is en niet morgen, is meer dan waar. En eigenlijk geldt dit voor elk soort leven.
De stilte die al enkele minuten ontstaan was, wordt gebroken door een jongeling die zijn splinternieuwe A3 bruusk probeert te parkeren tussen de andere auto’s in de rij. Drie blutsen en een gebarsten achterlicht later stapt hij stoer uit. Haalt zijn neus op voor de koude lucht en smijt het portier in het slot. Vervolgens gaat het om een pakje Marlboro en horen we hem iets vloeken over klein geld.
Ik wil mijn gesprekpartner voor zijn en vraag hem om me niet met dit soort macho maaksel te vergelijken. Toch vindt hij een sterk gemeenschappelijk punt: het feit dat we alle twee zelfstandig in ‘La vie (Erasmus)’ staan. Daar verbaast hij me weer. Het klopt dat ik me nooit eerder zo zelfstandig voelde. Op kot was er het eten van de mama dat na enkele microgolven hapklaar was. In Montpellier waakte de corpulente kokkin van het studentenrestaurant er dagelijks op dat ik genoeg te eten kreeg. Bovendien genoten we daar met drie studenten samen: alles wat we deden, meemaakten, ondernamen,… gebeurde met z’n drietjes. Je zelfstandigheid was een samenstandigheid.
“Aan jou”, sprak hij nog net voor hij plots zonder reden in het niets van de natte duistere wolken rond dat bankje verdwijnt. Ik besluit naar mijn kot te wandelen maar passeer eerst nog langs de supermarkt om een antwoord te formuleren op het overmatig wc-papier verbruik van mijn buurvrouw. Is het omdat ze zich geregeld ‘strontzat’ drinkt dat ze er zoveel gebruikt? Ik probeerde er onlangs achter te komen, maar verder dan wat gezeik rond het Nederlandse zinnetje ‘Een kok is dik’, kwam het niet.
Nadien sleurt de waas van mist me doorheen de werkzaamheden in mijn straat, passeer ik de almaar rokende fitnesstrainers op straat, ontdek ik dat de elektriciteit op mijn kamer is afgesloten en vind een dampende gasfactuur in mijn brievenbus.
Vanavond ga ik proberen wat gezond te eten.
Robbert, 16-11-2008
- Commentaires textes : Écrire
La vie Erasmus...
“Ah, je sais pas…” - C’est la réponse Française. La réponse à toutes tes questions. Ici, on ne le sait pas. Point à la ligne. Erasmus, c’est quoi alors ? Ah, je sais pas. Et il faut dire qu’en fait, je ne le sais pas du tout.
Il le faut avouer, c’est une question qui mérite sa réponse. Une réponse que j’essayerai de trouver ici.
Le vent souffle dans les rues noires. Il fait insuffisamment froid pour une nuit d’octobre. C’est trop calme, même les chiens bruyants des clochards ont disparus. Tout le monde dors, ou ça semble quand même le cas. Le seul bruit qu’on entend est un peu de musique et des échanges de quelques mots de ce qu’on appelle les « after » des étudiants dans leurs appartements. Un after, on s’y retrouve après une soirée, on parle, on rit on prolonge la soirée dont on ne souhaite pas connaitre la fin…puis on s’endort.
Oui, la fête était trop bien, on s’est vraiment amusé. Pour cette fois ci, la fermeture à 2h ne me dérange pas trop. Je suis content d’aller retrouver mon lit…
Un bip me réveille. Car oui, je rêvais. Je rêvais de mon lit. « Viens ! ». Ce n’est pas fini. Ici, ce n’est jamais fini. Quand est-ce qu’on retrouve son lit ? « Ah, on sait pas »… on ne le sait jamais… Se réveiller avec une double tête fait partie de la vie Erasmus.
En plus, il faut même choisir. Choisir entre l’éventail des possibilités de ce que tu peux faire le soir. Et choisir, c’est perdre. Perdre c’est donner des explications à tes nouveaux amis le lendemain. Donner des explications le lendemain, c’est aussi perdre mais avec des conséquences plus difficiles : quand tu perds, tu peux même perdre des amis….
Pour l’étudiant Erasmus il ne faut pas choisir. C’est la première loi. Comme choisir c’est perdre, il faut tout prendre. Prendre, c’est le contraire de perdre. « Prends ! » Prends un verre, une fille, prends des leçons, prends une soirée, prends la vie comme elle se présente, prends ou saisis chaque opportunité, … Désormais, il faut bien s’y prendre: « Venir », c’est donc « prendre ». Prendre, c’est gagner. Gagner des amis, gagner des expériences inoubliables, gagner des sentiments abandonnés, … Gagner de la richesse !
La vie Erasmus peut toujours devenir plus riche, à condition que tu respectes la première loi. On peut illustrer la vie Erasmus, comme c’est un arbre riche.
Je me suis déjà bien implanté et je gagne chaque minute de nouvelles branches. Ma tige est déjà forte et est un fondement sur lequel je peux déjà bien survivre. Dans cet arbre, il m’est impossible de définir où je me situe. La vie Erasmus saute et cabriole de branche en branche. Il faut que j’aille repasser mes vêtements, mais il faut aussi que je mange ce soir. Alors, il faut d’abord que je cuisine et par conséquent, je dois aussi faire les courses. Bieppp : « Venez au bar ce soir ! Soyez là !!! » « En fait, il faut que tu lises ces textes pour demain matin, on en parlera immédiatement après le cours »… Après le cours ? J’ai déjà rendez-vous avec ma propriétaire… ! Le cours pour lequel il faut encore préparer des exercices ! Bieppp : « tu viens chez moi ce soir ? » Souvent, j’ai l’impression que mon arbre cache la forêt. Que faut-il prendre ? … Ah, je sais pas …
Désormais, mon arbre doit se défendre contre une menace assez importante : la hache du temps. Erasmus, c’est vivre maintenant. D’une certaine façon, la vie Erasmus c’est comme vivre à deux doigts de la mort. La date finale est là, et elle influence toutes les journées précédentes. Compter sur demain, c’est perdre un jour et donc ne pas gagner. Si je dis « non », je resterai un arbre petit, pauvre et étroit.
La hache du temps influence aussi les jours après la mort. Ce que je gagne, ça reste ? Ce que je vois, goûte, prends, sens,… est-ce que ça survivra ? Est-ce que je vais prendre tout l’arbre à la maison en janvier ? Comme un petit garçon qui, pour la première fois, découvre une forêt et emporte ses souvenirs à la maison…
Ou est-ce que je ne prendrais pas juste quelques branches? Le reste resterait ici pour toujours et dans ce cas, qui prendra soin de ces branches et les ramènera chez lui ? Quels seront ses fruits ? Et qui les recueillera? (Moi tout seul ?) Et est-ce que mon bois est assez solide pour ne pas disparaître après quelques temps ? Le temps va-t-il couper le bois en morceaux, et sera-t-il possible de les collecter et de les réunir ? … Ah, je sais pas…
Trop de choses à faire ? Non, tu rigoles toi ! On n’a jamais assez de branches ! Ta tige est assez forte de porter toutes les nouvelles opportunités. Il prend tout sans refus. Comme l’arbre est obligé de grandir après la pluie. Il faut brancher trop de nouveaux gens sur ton système. Trop, c’est bien. Comme dans trop de soleil, trop d’amis, trop d’amour, trop de souvenirs gravés… Trop, c’est prendre, c’est gagner et donc grandir. Trop, c’est presque tropical.
Alors, c’est ça Erasmus ? Un arbre riche et tropical ? Comme un palmier avec des noix de coco délicieuses sur une île exotique ?
Ah, je sais pas…
Robbert, 24/10/08
(écrit sur ‘This is the life de Amy Macdonald’)
PS : Erasmus, c’est aussi une chose qui n’a pas de prix. (comme le derrière de Carla Bruni ;-))
F.A.Q (Foire Aux Questions)
F.A.Q. is een afkorting die je vaak op het internet tegenkomt. Dit Engelse acroniem staat voor Frequently Asked Questions, ofwel: vaak gestelde vragen. In het Frans wordt dit “Foire Aux Questions” (questions fréquemment posées).
Het doel van een F.A.Q. is om een overzicht te geven van vaak gestelde vragen, voorzien van een kort antwoord.
Persoonlijk vond ik het ook tijd om me hier zo een kleine “Foire” te organiseren. Klik uw gordel vast, opgelet, we gaan starten… blijf tijdens het ritje in je stoel zitten alstublieft.
1. Q: Wanneer komde terug jong?
R: De exacte datum weet ik nog niet. Dit hangt af van de examendata. Het merendeel van mijn examens heb ik voor kerstmis. Op dit moment staan er ook nog enkele geprogrammeerd na de kerstvakantie. Indien ik deze examens ook voor de kerstvakantie kan afleggen, zal ik einde december kunnen terugkeren. Zoniet, wordt het ergens half januari 2009.
2. Q: Hoe ist weer da?
R: Het weer is ongeveer zoals in België, denk ik. Al hebben we hier weinig dagen gehad dat het veel regende. Ik denk dat dit de invloed van de Atlantische Oceaan is (die zorgt dat het weer sneller verandert). Gezien Poitiers iets zuidelijker ligt dan België, vermoed ik ook dat het hier een graad (of twee) warmer is. Van extreme koude heb ik alvast niet te klagen.
3. Q: Komen er veel bezoekers op je blog?
R: De afgelopen twee maanden werd mijn blog al meer dan 750 keer bezocht. Dat is een gemiddelde van 350 bezoekers per maand. Bovendien ontving ik een bericht dat mijn blog de 85e plaats bestreikt in het lijstje van 'populairste blogs op blogs.fr'. Ik heb dus niet te klagen en zal trouw artikels blijven posten.
4. Q: Hoesist mee a?
R: Met mij is het zeer goed. Ik geniet van elk moment. En dat is nodig, want de tijd om na te genieten heb je hier niet. Alles vliegt in een TGV-snelheid voorbij. Een kort antwoord op deze vraag kan ik je dus niet geven. Mijn antwoord zou een heel boek beslaan.
Vragen staat vrij! Ook thema’s waarover je wil dat ik wat meer schrijf… Ik probeer er zeker en vast rekening mee te houden. Ik beloof nu ook alvast niet te veel in het Frans te schrijven, héhé.
U mag uw gordel los klikken.
Robbert, 28-10-2008
Les jours musicaux…
Les jours musicaux…
…enkele muzikale flarden uit mijn dagboek.
(het is weer erg erg lang geleden, mijn excuses... ik spoel mijn casette even terug en laat jullie mee genieten!)
« Regardez danser les gens… Je l’adooooore! »
Dit is maar één voorbeeldje van een hit waarop de Fransen volledig uit de bol gaan op een feestje. Zo ook op de leuke party van het grootste ‘integratieweekend’, georganiseerd door de enige studentenvereniging van de IEA (mijn unif). Een weekend waar ik enorm veel Franse studenten heb leren kennen (en andersom J). Een weekend dat staat voor de gezonde cocktail van: fun en spel in teams, drank, feest en kennismaking. Een weekend dat ik dankbaar ben en waarvan ik ontzettend genoten heb! Je l’adooooore!
« Je veux te voir »
Het heen-en-weer gesms stopt niet. Vanavond vraagt het smsje te komen naar ‘la patinoire’. Het schaatsen is er vanavond aan een spotprijsje omwille van “la semaine des TuDiants” (een week speciaal voor studenten georganiseerd met tal van activiteiten voor een prikje). Ook nu leer ik nieuwe erasmussers en Fransen (beter) kennen. Het ‘fluorescerende thema’ is best wel lachwekkend en breekt meteen het ijs. Een erg leuke avond die best glad verliep! (en neen, ik ben niet gevallen J!)
« Je veux te voir² + je l’adoooooore²»
Vandaag een uitnodiging op kot bij drie leuke Franse dames. [noot voor Sebas: mijn bus vrijgezellen hier ook niet gevonden!]. Hier leer ik niet alleen jongerentaal praten, Franse liedjes zingen, vloeken en ruzie maken, smssen en msnnen in het Franse afk tltj, …maar ook ontdekken we samen toch een hoop verrassende cultuurverschillen (en dat op maar 700km afstand!). Het werd een erg gezellige en lachwekkende avond. Zo mogen er meer komen! Verbazingwekkend detail: de avond verliep zonder één drupje alcohol… want een van hen Ramadamde (ik wist dus niet dat Fransen ook plezier konden maken zonder hun ‘vin’ of een gemixt kleurrijk goedje).
« C’est beau la bourgeoisie »
Als rijke eersterangs burgers worden we door Don Juan onthaald op de studentencité Marie Curie om er een lekkere handgemaakte Italiaanse pizza op te peuzelen. Het was een Belgisch avondje, waar toch duidelijk werd dat onze roots hier niet ver vandaan liggen: als echte Bourgondiërs verlaten we na middernacht voldaan de kerncentrales… Morgen les om 8!
«Comme si, je n’existais pas »
Als trouwe lezer van deze blog krijg je wellicht de indruk dat hier alles draait om fun, eten, feestjes, … Uiteraard maken ze deel uit van het erasmusleven. Nochtans gaat het grootste deel van mijn tijd uit naar het volgen van les, groepswerken maken, studeren, …enfin: schoolactiviteiten. Om mijn blog boeiend te houden beloof ik jullie hier niet te veel mee te bestoken. Toch, vergeet het niet J.
Les om 8, en daar zat ik. Helder en fris als een vis. De les was zo interessant dat al na 25min er eentje het bewustzijn verloor en de pompiers moesten komen om ze te reanimeren. (De MUG zijn hier de pompiers (=brandweer). Deze zijn immers veel sneller dan de ambulances in Frankrijk). Een klein half uurtje later mochten deze zelfde pompiers nog eens terugkomen omdat ook het brandalarm haar controle verloor. Ochja, zo erg zijn de lessen dan ook weer niet…
« J’irai au bout de mes rêves !»
Nog steeds in het kader van «la semaine des TuDiants”, schuiven we vandaag aan voor een gratis filmavond. Op onze relatief vermoeide hersenen worden Japanse getekende plaatjes geschoten. Een snelle ondertiteling maakt het tot een actief gebeuren. De film zelf trok op niet al te veel: een relatief chaotisch science-fiction gebeuren over dood, macht en dromen. Enkel de laatste 10 seconden kunnen me echt bekoren. Er wordt ons de vraag gesteld “Do you live in a real World? Or in a Real Dream?” Misschien is het dit laatste wel… en zoals ik u al eerder beloofde: j’irai au bout de mes rêves!
Na de eerste film zakken de zweden als een broodpudding in elkaar. Deze film was het toetje van een vermoeiende, maar aangename week… Gezien er van hen kan er enkel nog wat knäckebröd valt te maken, besluiten we naar dromenland te gaan… Op naar het uiterste!
Robbert (18-10-2008 )
PS: internet: Sinds kort beschik ik over internet op kot. Het werd wel tijd… Helaas passeert het internet hier eerst de Franse Brousse, waardoor ik me er aan kan verwachten dat het internet elke anderhalve minuut wel eens uitvalt, …of zelfs maar een kwartier per dag kan werken.
PS²: Je kan de franse hits die ik in dit tekstje gebruikte ook op het internet horen en zelfs bekijken!
Louxor – J’adore
Yelle – Je veux te voir
Discobitch - C’est beau la bourgeoisie
Khaled - Aisha
Jean-Jacques Goldman - J’irai au bout de mes rêves
PS³: Zodra ik beschik over foto's van al deze gebeurtenissen, komen ze hier zeker bij op te staan!
Extra photos de Bordeaux 2
Miroir d'eau: persoonlijk vind ik dit het mooiste plaatsje van de stad |
- Commentaires textes : Écrire
Lire les commentaires textes
Hoi Robbert! Haha, ja via tienduizend omwegen kwam ik op je blog terecht. Ik ben een oude vriendin van Sebastiaan en herinnerde me dat hij had verteld dat je op erasmus was geweest; volgend jaar is het mijnen toer! Je schrijft echt fantastisch mooi, chapeau! Ik vind het leuk dat je je zo wil smijten in het Franse leven; dat wil ik ook heel graag en ik weet dus niet goed naar waar te gaan...
Groetjes!
Evelyn
gelezen en goedgekeurd
jawel een fris moment brak aan
hij is inderdaad mooi :)
tout simplement magnifique ton texte, je n'ai rien à dire...